Kleine man, groot monster
Wat nu, kleine man? Hans Fallada
Vertaling Nico Rost
Wat nu, kleine man? is naast Alleen in Berlijn Fallada’s beroemdste werk en neemt ons mee naar de roerige jaren twintig van de vorige eeuw. De tijd van de beurskrach en massawerkloosheid, maar ook van versnelling en vooruitgang met neonreclame, film, jazz, protestmarsen van werklozen – en knokploegen van de nazi’s.
Pijnlijk realistisch en waar. Ik heb lang niet meer zo’n meeslepend boek gelezen als Wat nu, kleine man?
Thomas Mann
In weerwil van de grote economische crisis van de jaren twintig geloven hoofdpersoon Johannes Pinneberg, die verkoper is, en zijn vrouw Engeltje in het geluk. Maar dat geluk wil – kort voor de opkomst van de nationaalsocialisten – maar niet komen. Pinneberg is amper met zijn Engeltje getrouwd en de eerste problemen doen zich al voor. De strijd om het overleven begint en het kleine jongetje heeft melk en schone luiers nodig.
Als verkoper op de afdeling herenkleding in het warenhuis leert Pinneberg: de kleine man moet werken als een paard – of hij vliegt eruit. En Pinneberg vliegt eruit omdat hij te weinig omzet haalt. Hij, die zich superieur voelt aan de ‘kleine luiden’, moet zich aansluiten bij het leger van miljoenen werklozen. Maar Engeltje, zijn lieve en dappere vrouw, geeft niet op en neemt het heft van het leven van haar vertwijfelde man in handen.
De lezer wordt opnieuw geboeid door de schijnbaar simpele verteltrant, die vaak een bijna filmisch effect heeft. Van deze roman over de liefde en de angst voor sociale neergang zijn miljoenen exemplaren verkocht. De schrijver is er wereldberoemd door geworden en het boek is tot nu toe viermaal verfilmd. Net als Alleen in Berlijn is ook Wat nu, kleine man? wereldwijd herontdekt. Het boek is actueler dan ooit.