schwob_logo

schwob

marcel
The World's Best Unknown Books
19 06 2014

Over: Jens Peter Jacobsen - Niels Lyhne

Jens Peter Jacobsen - Niels Lyhne

Jannah Loontjes

De roman Niels Lyhne (1880) van Jens Peter Jacobsen (1847-1885) opent met de beschrijving van een meisje van zeventien. Jacobsen beschrijft haar uiterlijk, maar de details die hij noemt verraden meteen iets van haar karakter. Zo speelt er rond haar mondhoeken een sensueel, maar gepijnigd trekje en zijn haar hoofdbewegingen nerveus. Na enkele pagina’s wordt duidelijk dat het om de toekomstige moeder van de hoofdpersoon gaat. Hoewel menig klassieke roman opent met de familiegeschiedenis van een personage is het opmerkelijk dat Jacobsen vrijwel alleen aandacht heeft voor het karakter van de moeder. De vader van Niels Lyhne blijft zo goed als buiten beschouwing.

Jacobsens belangstelling voor het gevoelsleven van vrouwelijke personages blijkt eveneens uit zijn debuutroman Fru Marie Grubbe, waarmee hij in 1976 doorbrak. In deze historische roman schetst hij het leven van Marie Grubbe, een vrouw van adel, die haar verlangens en hartstocht naleefde, drie keer trouwde en in armoede eindigde. Naast Jacobsens scherpe psychologische inzicht worden zijn romans gekenmerkt door zijn buitengewoon poëtische stijl; in verfijnd woordgebruik beschrijft hij observaties van veelzeggende details. Zijn stijl zou met die van Gustave Flaubert vergeleken kunnen worden, met name in Flauberts roman Madame Bovary (1857). De moeder van Niels Lyhne deelt bovendien met Bovary haar hartstocht voor romantische literatuur. Ze laat zich graag meevoeren door poëzie waarin meisjes worden bezongen die mannen tot grootse ideeën inspireren. Waarom zou zij niet zo’n meisje kunnen zijn? vraagt ze zich af.

De hoop die uit deze vraag spreekt is typerend voor Jacobsens proza, dat een melancholieke, maar nietsontziende blik op de werkelijkheid biedt. Hoop is een sentiment dat steeds terugkeert, maar dat vaak tevergeefs blijkt. De alledaagse werkelijkheid is hard. Het huwelijk van de moeder van Niels Lyhne zorgt voor teleurstelling en verbittering. Anders dan bij Bovary, bestaat haar enige ontrouw eruit dat zij tegen de wil van haar echtgenoot de verbeelding van Niels blijft prikkelen met sprookjes en fantasieverhalen. Literatuur en poëzie brengen troost in het eentonige leven op het land, maar vormen ook de bron van onwerkelijke dromen.

Jacobsens oeuvre bevat naast de twee bovengenoemde romans slechts enkele korte verhalen en een dichtbundel. Ondanks dit kleine oeuvre is Jacobsen in Scandinavië een bekend auteur. Deze bekendheid heeft hij mede te danken aan de precieuze wijze waarop hij de tijdsgeest portretteert. De jaren negentig van de negentiende eeuw werden getekend door de verwarring die er heerste vanwege de verwerping van traditionele waarden en de groeiende invloed van wetenschappelijk onderzoek en het atheïsme. Jacobsen was zelf ook wetenschapper en vertaler van het werk van Darwin. Hoewel het wetenschappelijke denken gepaard ging met een groeiende nuchterheid, werd deze fin de siècle periode in de greep gehouden door een besef van het einde; het einde van de eeuw, van religie, van het leven. Deze zwaarmoedigheid is nadrukkelijk aanwezig in de roman Niels Lyhne. Het is een melancholie die bij die periode hoort, maar die ook geassocieerd wordt met de volksaard van de noordelijke landen.

Hoewel de donkere stemmingen en de daarmee samengaande overpeinzingen veelvuldig in de Scandinavische literatuur zijn terug te vinden, gaat dit vaak gepaard met een gevoel voor ironie waarmee om de ellendigheid van het bestaan gelachen kan worden. Deze zelfrelativering is over het algemeen groter in de stad dan op het platteland. Dit verschil komt ook in Jacobsens roman terug. Niels groeit op in een landelijke omgeving. De eentonigheid van het plattelandse leven zorgt ervoor dat Niels al hevige passie in zich voelt opbloeien als hij per toeval de delicate naakte voeten van zijn tante ziet. Hij is op slag verliefd. Als de gezondheid van deze vrouw afneemt, brengt hij nachtenlang op zijn knieën door, God smekend om zijn tante haar kracht terug te schenken. Toch sterft zij. Hierdoor verliest Niels ieder vertrouwen in de goedheid van de almachtige God. Hij neemt resoluut afscheid van zijn geloof en zal in zijn ongeloof zeer vasthoudend blijken.

Als Niels het platteland achter zich laat en naar Kopenhagen trekt, ontdekt hij dat er meer mensen zoals hij zijn. Voor het eerst herkent hij zijn eigen, meest heimelijke gedachten in de uitspraken van leeftijdgenoten. Niels hervindt weer enige levenslust en denkt bondgenoten te hebben gevonden. Toch blijken ook de intellectuelen en kunstenaars in de stad angstig voor het oordeel van anderen, voor roddels en reputatie. Als het niet om christelijke moraal gaat, dan zijn het wel de maatschappelijke normen en de etiquette van de betere milieus die de idealen en verlangens van deze mensen kortwieken. Zo is Niels uiteindelijk ook in de stad alleen met zijn dromen en ideeën.

Bij voorbaat zondig

Al voelt Niels zich moedig en vooruitstrevend, het atheïsme schenkt weinig vrijheid. Hij leidt een keurig leven, maar de mogelijke zondigheid van zijn handelingen en opvattingen blijft hem bedreigen. Door zijn ongeloof lijkt hij bij voorbaat zondig. Het strenge oordeel over ongelovigen is een onderwerp dat Jacobsen deelt met andere Scandinavische auteurs van zijn generatie. Zo schetst de Noorse auteur Amalie Skram (1846-1905) in haar prachtige roman Forradt *(1892) hoe de principes van het geloof een echtgenoot tot wanhoop drijven en hem de dood in jagen. Evenals *Niels Lyhne, maakt ook de roman *Forradt *voelbaar hoe angstig en klein mensen zich onder Gods oordeel voelden.

Skrams roman geeft blijk van een groot talent voor het neerzetten van realistische, rake dialogen. Daarnaast weet Skram op heldere wijze de tegenstrijdigheden in een persoonlijkheid te belichten, waardoor ze ondanks het naargeestige verhaal toch een zekere lichtheid en humor in haar roman weet aan te brengen. Forradt vangt aan vlak na het huwelijksfeest van het zeventienjarige meisje Ory en de zeeman Riber. Ory smeekt haar moeder thuis te mogen blijven wonen, aangezien het zojuist tot haar is doorgedrongen dat ze het bed zal moeten delen met haar echtgenoot. Dit lijkt haar een afschuwelijk vooruitzicht. Hoewel het verhaal van dit naïeve en zeer gelovige meisje centraal staat in het boek, en Amalie Skram zelf een mislukt huwelijk met een zeeman doormaakte, is deze roman geen afrekening. De zeebonk Riber wordt net zozeer als slachtoffer van de situatie neergezet als de jonge Ory.

Als Ory vermoedt dat Riber er niet altijd een even vroom leven op heeft nagehouden, vraagt zij hem alles op te biechten. Zij wil niet het gevoel hebben dat haar man iets voor haar verbergt. Skram laat op schrijnende wijze zien dat Ory’s verlangen naar eerlijkheid en waarheid juist haar ondergang inluidt. Net als in Jacobsens werk, zijn het geregeld de christelijke principes die de personages het leven ondraaglijk maken. Met de Bijbel in de hand veroordeelt Ory het vroegere leven van haar echtgenoot, die zowel bordeelbezoek als affaires aan haar heeft opgebiecht. Ory gebiedt hem hiervoor spijt te betuigen en aan te tonen dat hij zijn leven gebeterd heeft. Haar man wil alles doen om haar gerust te stellen en beantwoordt gehoorzaam de vragen die zij op hem afvuurt. Hoe meer Ory van haar echtgenoot te weten komt, hoe wanhopiger zij wordt. Het geloof stelt haar niet in staat vergeving te schenken, maar vormt juist de legitimering om hem te straffen.

Hoe zwaar het leven wordt als gedachten en handelingen continu op zondigheid worden gescreend, brengt ook Niels soms tot wanhoop. Als Niels na jaren van eenzaamheid verliefd wordt op de vrouw van zijn jeugdvriend, wil hij zichzelf en deze vrouw niet veroordelen. De vrouw had zich in haar huwelijk bekneld en eenzaam gevoeld en Niels slaagt erin haar een sprankje levensvreugde te laten herontdekken. Dat kan toch niet slecht zijn? denk hij. Maar als haar echtgenoot onverwacht om het leven komt, keert het lot zich wederom tegen hem. De vrouw beschouwt het als een straf van God en walgt van Niels, die haar tot ontrouw verleidde.

Van de Bijbel naar Freud.

De generatie schrijvers die Skram en Jacobsen zal opvolgen laat zien hoe de jongeren van enkele decennia later zich een stuk succesvoller van het geloof weten te bevrijden. Zo portretteert de Noorse schrijver Sigurd Hoel (1890-1960) in zijn roman *Syndere i sommersol *(1927) een groepje studenten dat zich in de zomervakantie op een eiland bevindt langs de Noorse kust. Deze jongeren hebben de Bijbel vervangen door de theorieën van Freud, waar ze om de haverklap aan refereren. Zowel de jongens als de meisjes rondden een studie af en hebben zich voorgenomen de vakantie te gebruiken om aan hun scripties te schrijven. Ze zijn het erover eens dat ze niet moeilijk zullen doen over affaires of seksuele aantrekkingskracht, ze zijn volwassen genoeg om daar verstandig mee om te gaan, vinden ze.

De groep vrienden deelt opvattingen over liefde en seks die amper onderdoen voor de vrijgevochten moraal van de jaren zestig. Ook de rol van vrouwen en het feminisme lijken hun tijd ver vooruit. Jaloezie wordt door deze jongeren als een achterhaald sentiment beschouwd, en ook over onkuisheid doen ze niet moeilijk. Het is frappant hoezeer de ideologie van het Noorse meisje uit Skrams boek verschilt van haar landgenoten enkele decennia later. Volgens Ory waren onkuisheid en lustgevoelens zondig, haar waanzinnige jaloezie was daarentegen niet zondig, maar juist een bewijs van huwelijkse toewijding. In Hoels boek wordt jaloezie veeleer als een teken van angst, onzekerheid of bezitterigheid gezien, en dus als een bewijs van zwakte waar niet aan toe moet worden gegeven.

Hoewel Freuds psychoanalyse zeer populair was in Hoels tijd, was deze tijdens Skrams leven nog onbestaand. Schrijnend is dat Amalie Skram zelf slachtoffer werd van de beperkte kennis van psychiatrie. Nadat ze oververmoeid en overspannen in een ziekenhuis werd opgenomen, werd ze als geestelijk gestoord gediagnosticeerd, waardoor ze in een inrichting werd opgesloten. Pas na een overplaatsing naar een andere gesloten inrichting, waar een dokter vond dat er niets aan haar mankeerde, kon zij naar huis. Skram schreef hierna een boek over de misstanden in de psychiatrie.

Hoewel Skrams personages, net als zijzelf, veelal nog afhankelijk waren van het oordeel van mannen, zijn het in Hoels Syndere i sommersol voornamelijk de vrouwen die daadkrachtig zijn en de wereld willen verbeteren. De verteller beklaagt zich soms over de radicale houding van zijn feministische vriendinnen. Wat een verschil met de arme Ory die gevangen zit in een huwelijk! En ook nog wel op een boot waar ze niet af kan, met als enige wapen de Bijbel waarmee ze niet haar vrijheid wil bevechten, maar ook haar man terug het gevang in wil jagen.

Niels Lyhne zou gezien kunnen worden als de verpersoonlijking van de overgang van het christelijk gedachtegoed naar een meer psychologische benadering van het gevoelsleven. Niels houdt zich aan zijn principes vast, al blijft de neiging om de tegenspoed in zijn leven als een straffe des Gods te zien op de loer liggen. Toch is Niels niet klein te krijgen. Zelfs als hij tegen het einde van zijn leven zijn vrouw en kind verliest en uiteindelijk zelf een pijnlijke dood sterft, weigert hij een geestelijke aan zijn bed.

Jacobsens belangrijkste onderwerp is misschien wel dat van de eenzaamheid van de andersdenkende. Het is dan ook niet toevallig dat Jacobsens aandacht veelal uit gaat naar de positie en de belevingswereld van de vrouw. Aangezien vrouwen eind negentiende eeuw nog aanzienlijk minder rechten, mogelijkheden en vrijheden hadden dan mannen, stootten zij al gauw op hindernissen als zij hun verlangens of wensen trachtten na te leven. Jacobsens schetst de eenzaamheid die voortkomt uit de angst om eigenzinnig, zondig of onkuis gevonden te worden. Ook Niels Lyhne leed hieronder en voelde zich gevangen. Zijn ideeën over het leven en de liefde waren gevleugeld en vrij, maar wat hij hiervan terugzag in het dagelijks leven was bar weinig.

Hoewel de drie genoemde romans scherpe portretteringen van een tijdsgeest zijn, is de stijl van schrijven in geen van deze boeken gedateerd. Hoels roman is vlot en vol humor, Skrams verhaal wordt met vaart en op een zeer directe wijze verteld. Jacobsens perfectionisme en poëtisch taalgebruik geven blijk van een talent dat tijdloos is. Bovendien blijven de observaties die Niels maakt en zijn zelfbewuste blik op de medemens ook vandaag de dag zeer herkenbaar. Jacobsen beschrijft dat Niels zich soms voelde alsof hij een halve eeuw te laat was geboren en soms alsof hij veel te vroeg ter wereld was gekomen. Hij kon met jaloezie mensen observeren die zich thuis leken te voelen in het leven dat hen was toebedeeld; Niels’ eigen gedachten waren altijd die van iemand die zich nergens echt bij voelde horen. Dergelijke gedachten horen ook niet bij een bepaalde periode, maar zijn van elke tijd.